Een nieuw programma is soms zoeken. Aan welke informatie en kennis hebben studenten het meest? En wanneer moet je die informatie nu aanbieden? In de minorfase van de opleiding (laatste twee jaar) zijn studenten bij ons bezig met hun eigen leervragen. Studenten moeten vanuit de praktijk een leervraag formuleren en zich hierin verdiepen. Bij die leervraag doorlopen de studenten een aantal stappen: ze beschrijven de aanleiding, formuleren hun leervraag hierbij, verdiepen zich in bronnen, gaan in de praktijk aan de slag en koppelen dit weer terug aan hun (profesionele) werkconcept.
De leergebieden en de studieloopbaanbegeleiders helpen de studenten hierbij: wat is een goede leervraag, wanneer is die op het niveau van een derde of vierdejaars student en hoe pak ik het aan in de praktijk?
ICT moeten de studenten koppelen aan een van de leervragen. Zo ontstaan gekoppelde leervragen waarbij een student ICT integreert in zijn onderwijs.
Elk leergebied helpt studenten op een andere manier. Wij hebben gekozen voor een brede insteek. We laten studenten zien wat de mogelijkheden zijn voor ICT in het onderwijs. Daartoe nemen we de ICT-competenties als uitgangspunt. Zo hebben we een bijeenkomst gedaan over competentie 1 en 2 waarbij studenten zich bewust moesten worden over hoe ze overkomen online. Ook hebben we aan de vakinhoudelijke en didactische competentie aandacht besteed in twee bijeenkomsten (specifiek ingegaan om, mediawijsheid en concrete toepassingen).
In de laatste bijeenkomst waarvoor we aanbod verzorgen voor de studenten staan competentie 5, 6 en 7 centraal. In de presentatie hieronder staat de inhoud van deze bijeenkomst. Het gaat over formeel en informeel leren en hoe studenten hierbij ICT kunnen gebruiken. Alleen ben ik bang dat studenten hier moeilijk een leervraag over zouden kunnen formuleren.
Misschien past het ergens anders nog beter in de opleiding. Maar daar ben ik nog niet achter. Iemand ideeën?
Comments
Leave a comment Trackback