Gerard Dummer

Alles over Onderwijs en ICT.

Browsing Posts published in 2014

In de komende blogposts wil ik het boek Invent to learn van Sylvia Libow Martinez en Gary Stager, behandelen. Het boek is voor mij een mooi startpunt in de ontwikkeling van de nieuwe onderwijseenheden van de Pabo waarbij ik betrokken ben en waar het onderwerp Wetenschap en Technologie is. Uitgangspunt zal dan in eerste instantie ook de opzet van Wetenschap en Technologie (W&T) zijn. Binnen W&T worden twee vormen van leren onderscheiden: onderzoekend leren en ontwerpend leren. Mijn vertaling hiervan is: de wereld om je heen leren begrijpen en de wereld om je heen naar je eigen hand kunnen zetten. Brede invullingen waarbij verschillende disciplines nodig zijn. In het boek Invent to learn maken de schrijvers duidelijk hoe met nieuwe middelen de wereld onderzocht kan worden en vooral hoe die naar je eigen hand gezet kan worden.

Per blogpost zal ik een hoofdstuk behandelen en linken proberen te leggen met wat dit betekent voor de ontwikkeling van de onderwijseenheden. In deze blogpost begin ik maar gewoon vooraan bij de introduction.

Playrooms and games, animals and plants, woord and nails must take their place side-by-side with books and words

Met deze quote van Angelo Patri begint de introductie. Duidelijk is dat de schrijvers het onderwijs van deze tijd teveel afgestemd vinden op de standaardtoetsen. En dat er hierdoor geen ruimte meer lijkt te zijn voor leren door te doen. Ook zijn interdisciplinaire projecten hierdoor niet meer te realiseren. Het uitgangspunt van Piaget (begrijpen is uitvinden (to understand is to invent) verdwijnt daardoor. De schrijvers hopen door de opkomst van de makermovement dat er weer meer ruimte in het onderwijs komt voor leren door te doen. Dat is de natuurlijke manier van leren door kinderen, geven de schrijvers aan.

Tinkering is a powerful way of learning by doing.

Slimme gereedschappen
De schrijvers geven aan dat door de opkomst van de slimme gereedschappen (zoals de 3D-printer, Arduino, Makey Makey en Raspberry Pi) het nu mogelijk is eigen ontwerpen te maken en deze te fabriceren in de echte wereld. De technologie maakt van ons allemaal makers. De slimme gereedschappen breiden de speelgoedkist en gereedschapskist van kinderen uit. Het zijn de bouwblokken van de kinderen van vandaag. Uitgevoerde projecten worden er mooier van. Uitvindingen van kinderen kunnen worden geprint, geprogrammeerd of interactief worden gemaakt.

Werken aan projecten
Het werken aan projecten vormt een goede context voor abstracte wetenschap en wiskundige concepten, geven de schrijvers aan. Bovendien biedt het jongeren zicht op verschillende nieuwe carrièremogelijkheden. Het draait niet alleen om wetenschap maar ook om de kunsten. Ideaalbeeld is het opleiden van polymaths (veelzijdige geleerden).

Het uitgangspunt van het boek is kinderen bezig zouden moeten zijn met knutselen en maken omdat het krachtige manieren van leren zijn.

Ruim 130 oefenopgaven staan online voor de kennisbasistoets rekenen voor de pabo. De afgelopen maanden hebben pabo-studenten van de Hogeschool Utrecht onder leiding van Marjolein Kool en Ronald Keijzer hard gewerkt om geschikte oefenopgaven te maken die medestudenten goed voorbereiden op de kennisbasistoets rekenen. De site is onderverdeeld in opgaven over hele getallen, verhoudingen, breuken, procenten en kommagetallen, meten en meetkunde. Ook zijn alle kernbegrippen die van belang zijn opgenomen. Een huzarenklus die door Nico Olofsen van de iPabo is voorbereid.

De site biedt, net zoals de kennisbasistoets rekenen zelf, opgaven die verdeeld zijn over de verschillende gebieden: reken-wiskundekennis specifiek voor de leerkracht basisonderwijs, maatschappelijke relevantie en verstrengeling en kennis van rekenen-wiskunde. Deze driedeling geeft maar weer eens aan hoe complex het beroep van leraar is. Alleen kunnen rekenen is niet voldoende. Ook in staat zijn om de redeneringen te volgen van leerlingen is een belangrijke component.

Het mooie van de site is dat naast de oefenopgaven, je de antwoorden vindt en de uitwerkingen van de antwoorden. Zo kun je nalezen of je eigen antwoorden en redenatie klopt.

De opgaven zijn zo helder mogelijk opgeschreven. Een mooi voorbeeld van zo’n opgave vind ik het Octaal getalstelsel. Veel kernachtiger had deze niet geformuleerd kunnen worden.

Een voorbeeld van een opgave waarin wat meer leeswerk nodig is is de opgave over de overval. Verrassend hoe groot het gebied is.

De studenten hebben de opgaven mogen voorleggen aan rekendocenten van de iPabo, HAN en Marnix. Zelf heb ik mogen helpen met het opzetten van de site. Omdat er geen budget was voor het plaatsen van de site, heb ik gekozen voor een Google Sites. Een laagdrempelige manier om online te publiceren. Jammer genoeg wel met redelijk wat beperkingen maar dat maakt de site niet minder bruikbaar.

Hopelijk helpt de site studenten die de kennisbasistoets rekenen van de Pabo moeten doen. De site blijft in ontwikkeling en feedback is van harte welkom via het feedbackformulier.

De afgelopen maanden hadden we (als themagroep ICT voor de lerarenopleider van het VELON) lerarenopleiders gevraagd om feedback te geven op het competentieprofiel ICT voor de lerarenopleider. Dit profiel hadden we opgesteld omdat we ICT in de beroepsstandaard van VELON nog niet goed vertegenwoordigd vonden.
De afgelopen tijd hebben 25 lerarenopleiders ons hier feedback op gegeven. Dit is nog geen representatieve groep natuurlijk. Ook hebben we vooral feedback gekregen van lerarenopleiders die al een affiniteit met ICT hebben. Toch geeft het al wel aardig een richting aan van wat lerarenopleiders belangrijk vinden voor het competentieprofiel.

Voorlopige resultaten
In onze enquête hebben we onder andere gevraagd naar de vier manieren waarop ICT ingezet zou kunnen worden, aansluitend bij de vier onderdelen van de beroepsstandaard: ontwikkelingsbekwaam, opleidingsdidactisch bekwaam, agogisch bekwaam en organisatorisch en beleidsmatig bekwaam.

De bekwaamheden die gegroepeerd zijn onder het kopje ontwikkelingsbekwaam worden vooral gezien als wenselijk en niet altijd noodzakelijk. De opleidingsdidactische bekwaamheden worden echt gezien als noodzakelijk. De agogische en organisatorische en beleidsmatige bekwaamheden zijn ook vooral wenselijk.

Het complete overzicht van alle reacties (samenvatting) staat in dit document. Per gevraagde bekwaamheid kun je zien hoe er op gescoord is.

Feedback Competentieprofiel ICT Lerarenopleiders

Op de volgende studiedag (7 november 2014 in Tilburg) zullen we als themagroep het competentieprofiel verder bespreken. U bent hier van harte voor uitgenodigd!

Voor onze studenten heb ik een afspeellijst gemaakt met video’s over hoe Windows Moviemaker Live werkt. Het zijn elf video’s die alle stappen van het bewerkproces uitleggen.

Hopelijk hebben anderen hier ook nog wat aan.

Voor de tweedejaars studenten van de verkorte opleiding van de Pabo heb ik afgelopen jaar een module gegeven over de mogelijkheden van het digibord. Over het verzorgen van deze module had ik een dubbel gevoel. Enerzijds vind ik dat ICT in combinatie gegeven moet worden met andere vakken zodat je echt kunt werken aan de TPACK-ontwikkeling van studenten. Anderzijds was dit voor studenten eindelijk een kans om binnen hun programma met ICT aan de slag te gaan. In deze variant was ICT namelijk bijna niet aan bod gekomen. Ze hadden er daarom om gevraagd of ze nog iets op dit gebied zouden kunnen krijgen.

In 5 bijeenkomsten ben ik ingegaan op de mogelijkheden van het digibord. Leidraad hierbij was dat steeds een andere meerwaarde centraal kwam te staan. Hierbij maakte ik gebruik van de brochure van Kennisnet.

De handleiding

Module Digibord

De eerste presentatie




Resultaten
De studenten waren blij met het aanbod van de module. Het sloot goed aan op hun wensen en ze hebben echt meer geleerd over de meerwaarde van het digibord. De studenten mochten de verslagen gewoon als WORD-document inleveren maar ook in een alternatieve vorm. Twee studenten hebben daar ook gebruik van gemaakt. Zo is er één website ingeleverd. En een prezi.

Op 8 mei 2014, precies op de uitgerekende datum is onze dochter, Mieke geboren! Wij zijn ontzettend blij met dit wondertje. Moeder en dochter maken het goed. En vader ook!

Naar aanleiding van een tweet van Bart van de voort over het werken met WikiKids (zie hieronder) heb ik hem gevraagd of hij zijn ervaringen zou willen delen. Dat wilde hij wel en hieronder vind je zijn verhaal. Ik vind het een topverhaal over hoe je WikiKids kunt inzetten in het onderwijs!


Binnen de stichting Platoo (Openbare basisscholen regio Helmond) wordt er gewerkt met plusklassen voor meerbegaafde leerlingen. Elke woensdagochtend heb ik het voorrecht een plusklas te mogen draaien in Asten op OBS de Horizon.

Binnen deze plusklassen worden er verschillende projecten gedraaid. In de periode voorjaarsvakantie – meivakantie kregen de leerlingen de opdracht om een eigen werkstuk te maken over een onderwerp naar keuze. Leerlingen kozen op deze manier onderwerpen die aansloten bij hun belevingswereld en daardoor zijn ze betrokken en gemotiveerd om aan de slag gegaan. Voor mij is dit een voorwaarde om optimaal tot ontwikkeling te komen.

Natuurlijk heb ik de kinderen niet helemaal vrijgelaten. Eisen stellen is belangrijk. Een werkstuk moet minimaal uit 5 hoofdstukken bestaan. Vier hoofdstukken naar eigen keuze. Daarna bracht de leerkracht verdieping aan door een vijfde hoofdstuk toe te voegen aan het geheel.

We hebben ook afgesproken dat de kinderen werken met bronvermelding. Waar haal je je informatie vandaan (heel belangrijk om dit goed te bespreken met leerlingen)? We hebben het vooraf ook over plagiaat gehad. Wat betekent dat en hoe voorkom je het? Daarom is het belangrijk om je eigen woorden te gebruiken. De mindmap is daar een heel handig hulpmiddel voor. Belangrijke woorden uit de tekst worden daarin opgeschreven. Vervolgens leg je de tekst weg en maak je van die eigen woorden een eigen informatieve tekst.

Op deze manier krijg je een tekst die van jouw is!

Omdat er tempoverschillen zijn in je groep heb ik nagedacht over een klaaropdracht. Je zou kinderen een powerpoint of prezi kunnen laten maken over het onderwerp. Bij mij kwam toen wikikids in beeld. Wat is er mooier om informatie die jij als kind gevonden hebt te delen met de wereld. Zo kun je andere kinderen weer van dienst zijn met jouw informatie. Ik heb een leerlinge uit mijn groep die opdracht gegeven. Ze is er prima mee aan de slag gegaan.

Het geeft mijns inziens een stuk extra verdieping aan je werkstuk, anderzijds zorgt het voor meer betrokkenheid en motivatie bij de leerling. Ze weet waarvoor ze werkt en het is zichtbaar waar de informatie terechtkomt. Ze was dan ook heel trots toen we met de plusklas die Wikikidspagina over dierenmishandeling bekeken en ze haar eigen informatie teruglas. Vet, dat wil ik ook! Dat was een veelgehoorde reactie na het bekijken van wikikids.

Het was de eerste keer dat een leerling uit mijn klas iets gepubliceerd heeft op wikikids. Het is waardevol om kennis te delen met elkaar. Dat geldt voor volwassenen, maar zeker ook voor kinderen. Dat is wat mij betreft de kracht van wikikids. Begrijpelijke informatie op kindniveau, een waardevolle aanvulling op het oh zo volle internet waar kinderen makkelijk de (digitale) weg kwijtraken.

Bart van de Voort,
Leerkracht groep 6 OBS de Rietpluim
Plusklasleerkracht binnen de stichting Platoo

In onderstaand filmpje wordt kort weergegeven wat de Hogeschool Utrecht met blended learning van plan is.

Binnenkort zullen vast nog meer berichten volgen over dit onderwerp!

Vandaag kon ik de hele dag presentaties bijwonen en daar heb ik dan ook uitgebreid gebruik van gemaakt.

ICT in beeld
De dag begon met een symposium van drie onderzoeken waarin video werd gebruikt om het gebruik van ICT door leraren in beeld te brengen. In het onderzoek dat Joke Voogt presenteerde kwam een analysemodel aan bod waarin onder andere werd gekeken naar het professioneel redeneren van de leraar. Dat vond ik een mooie insteek omdat je dat eigenlijk wilt: een leraar die weloverwogen keuzes maakt voor de inzet van ICT. In het onderzoeksrapport (2014) wordt Meijer (1999) hiervoor aangehaald die 8 punten hiervoor aanhaalt:

  1. vakkennis
  2. kennis van leerlingen (opgesplitst in gedachten over de individuele leerling en gedachten over leerlingen in het algemeen)
  3. kennis van leerprocessen en begripsvorming bijleerlingen
  4. kennis van doelen
  5. kennis van het curriculum
  6. kennis van instructietechnieken
  7. gedachten over interactie tussen docenten en leerlingen
  8. gedachten over regulering van de les (e.g. tijdbewaking, omgaan met ordeverstoringen

Deze vragen zouden ook gebruikt kunnen worden in de verantwoording van de inzet van ICT in het onderwijs door de studenten. Een mooie kapstok om te kijken of ze ook goed doordacht ICT inzetten.

Conclusies uit het onderzoek zijn in de volgende foto vermeld:

Alfons ten Brummelhuis was bij deze sessie discussiant. Hij reageerde op de onderzoeken door onder ander de kennispiramide te belichten. Ik zag dat deze inmiddels drie lagen heeft gekregen in plaats van vier: idee, praktijk, bewijs.

Digitale geletterdheid
In de tweede sessie van vandaag ging het over digitale geletterdheid. Dit werd van drie kan benaderd: vanuit het pabo-onderwijs, vanuit het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs.

Een mooie uitspraak kwam langs van Gilster die aangeeft dat digital literacy gaat om “mastering ideas” en “not keystrokes”.

De term digital literacy laat zich moeilijk vertalen. Dat liet Jeroen Clemens wel zien in zijn presentatie over de voortgang van zijn promotietraject over digitale geletterdheid, ik bedoel online tekstbegrip of toch online geletterdheid. Er zijn veel termen die langs komen. Dat maakt helderheid over het onderwerp er niet gemakkelijker op.

Uit het onderzoek naar digitale geletterdheid in het basisonderwijs werd mooi duidelijk gemaakt wat het belang is van het aanleren van digitale geletterdheid:

De conclusie uit het onderzoek vond ik wel zorgwekkend:

Het kritisch beoordelen van bronnen lijken leerlingen niet belangrijk te vinden. Ik denk echter wel dat hierin verschillen zijn tussen leerlingen die online ook producenten zijn en leerlingen die in een andere categorie vallen.

Nieuwe media en technologie
In de laatste sessie die ik heb bijgewoond ging Tammy Schellens verschillende onderzoeken bij langs waarin de vraag centraal stond hoe je ICT zou kunnen inzetten in het onderwijs. Een meta-analyse vond zij zinvol omdat de onderwerpen zo verschillend waren dat die moeilijk met elkaar te vergelijken vielen. Ze presenteerde onder andere een onderzoek over inzet van ipads in de klas. Daarbij kwam ze tot de conclusie dat leerlingen toch liever een docentgestuurd programma kregen in plaats van een leerlinggestuurd. Kanttekening daarbij was wel dat de ipad ingevoerd werd in het oude bestaande lessysteem en dat dit ook mede een rol gespeeld kan hebben hierbij.

Verder liet ze zien dat het inzetten van een forum alleen zinvol is als er ook structureringstools worden ingezet die zorgen voor verdieping van de discussie.

Een nieuw begrip voor mij was leerkracht-orchestration. Er wordt een nog groter beroep gedaan op de organisatorische vaardigheden van de leerkracht op het moment dat hij met tabletklassen gaat werken. Daar kan ik me wel het een en ander bij voorstellen.

Twitter
Wil je meer van de tweets zien die ik heb gemaakt en door anderen zijn gemaakt? Zoek dan op de hashtag velon2014.

Naast de weergave van onze eigen sessie nog een korte terugblik op de eerste dag van het VELON.

Congreslocatie
Het congres wordt gehouden in de ruimtes om het Pec Zwolle stadion. Een verfrissende omgeving om een congres in te geven. Leuk dat de organisatie naar andere mogelijkheden heeft gekeken. De zalen zelf voldeden prima (naar mijn idee), de wifi was op orde, de catering goed, de akoestiek redelijk (in de grote zaal). Met het openbaar vervoer was het gemakkelijk om er te komen. Alhoewel de beschrijving vanaf de bushalte naar het stadion niet helemaal klopte. Die klopt alleen als je weet dat als je op het parkeerterrein staat je helemaal links een sluipdoorgang weet te vinden die je direct naar het stadion brengt. Werd me op de teruggang pas duidelijk.

Keynote
De presentatie door Peter-Paul Verbeek was goed. Hij zette, zoals dat hoort, de toon voor de rest van het congres. Hij maakte duidelijk dat techniek en mensen geen twee aparte entiteiten zijn maar dat ze elkaar wederzijds beïnvloeden. Goed om dat verhaal te houden voor een zaal vol lerarenopleiders. Ook goed om aan te geven dat je niet moet duiken (niet durven om te experimenteren) maar ook niet hoogmoedig moet worden (ondoordacht gebruik maken) maar de middenweg kunt kiezen.

Overleg bestuur
Tijdens de lunch hadden alle themagroepen overleg met het bestuur van het VELON. Zinvol om dat te doen. Mag van mij er worden ingehouden. Zo krijg je als bestuur snel in de gaten waar de concerns van de leden liggen en kunnen er actie worden ondernomen.

Parallelsessies
Er zijn dit jaar veel sessies ingepland rondom ICT en Onderwijs. Daar ben ik erg blij mee. Minder blij was ik er mee dat veel van die sessies tegelijkertijd zijn ingepland. Vooral in de eerste ronde was het bijna onmogelijk om te kiezen, vond ik. Onhandig ook omdat ik zelf wel bij een paar andere sessies had willen zijn die nu tegelijkertijd gepland waren. Jammer dat hier in de organisatie geen rekening mee is gehouden. Ook niet nadat we dit hadden aangegeven.

Special invited sessies
De special invited sessies waren sessies ingepland door de organisatie zelf. Interessante verhalen. En goed om ook vanuit een ander perspectief een verhaal te horen. Wel denk ik dat de sessie waar ik bij zat (over mobile technology) ook door onszelf gehouden had kunnen worden. Vooral het verhaal over ICT-gebruik en onderzoek van (virtual reality) immersive technology. Toegegeven: hier hebben we geen miljoenenbudget om het te ontwikkelen.

Morgen dag 2. Ben benieuwd of ik dan weer kan kiezen.

O ja: wil je de tweets volgen van het congres? Zoek dan op velon2014.