Gerard Dummer

Alles over Onderwijs en ICT.

Afgelopen week was de Scratchconferentie 2015 in Amsterdam en ik was er een paar dagen bij. Het was een inspirerende conferentie! In deze blogpost zal ik mijn indrukken verwerken.

Vooraf
Vooraf nog even het volgende. Binnen onze Pabo (en alle andere) gaan we meer aandacht besteden aan Wetenschap en Technologie. Hierbinnen spelen onderzoekend en ontwerpend leren een belangrijke (didactische) rol. In dit kader richten we ons vanuit ICT en Onderwijs op het onderwerp makermovement. En binnen dit onderdeel richten we ons vooral op de driedeling die Sylvia Libow Martinez en Gary Stager gebruiken in hun boek Invent to Learn: Fabricating, Physical computing en Programming. Bekijk voor een toelichting daarop de clip van mijn collega Don Zuiderman:

Scratch past dus in dit kader. Het is een manier om op een toegankelijke en aantrekkelijke manier met het onderwerp programmeren aan de slag te gaan.

Programmeren
Het onderwerp programmeren heeft in zichzelf ook een belangrijke waarde. Dat wordt duidelijk gemaakt door allerlei economische lobbygroepen. Van verschillende kanten wordt echter aangegeven dat alleen zo’n economisch perspectief (we hebben programmeurs nodig voor de toekomst) wel erg eenzijdig is. In een van de keynotes gaf Beat Döbeli Honegger uit Zwitserland een mooi overzicht waarom programmeren zo waardevol kan zijn:

1) explanation of the world (grip krijgen op de wereld om je heen)
2) generic competences (algemene competentie; manier om het probleemoplossend vermogen te vergroten’
3) didactical (spreekt bepaalde doelgroep van kinderen aan; succeservaring voor kinderen)
4) preparation for study and job (voorbereiding op studie en beroep; het economisch argument)

Zijn presentatie vind je hier.

Keynote Mitch Resnick
Mitch Resnick is de bedenker van Scratch en een inspirerende spreker. Hij gaf in zijn keynote een paar interessante zaken aan. Redenen om met Scratch aan de slag te gaan zijn verwoord in dit mooie getekend verslag:

1) develop your voice
2) thinking and how to work with others
3) identity: how do you see yourself as a member of the community

De insteek van Resnick zit veel meer op generieke vaardigheden en burgerschap. Het is dezelfde insteek die ik zie bij mensen die actief bijdragen aan Wikipedia of onderwijsvernieuwers. De sfeer had deze conferentie ook.

Een ander mooi punt uit de keynote van Resnick was de term “interest based pathways”. Wil je verschillende kinderen interesseren in het programmeren dan moet je differentiëren in de aanpak. De aanpak van MIT is om dat thematisch te doen (bijvoorbeeld via Hip Hop) en via Microworlds. Microworlds is een uitgeklede en voorgestructureerde omgeving waarin kinderen kunnen programmeren. Voorbeeld van Hip Hop vind je hier.

Tot slot liet hij de omgeving ScratchX zien. In deze omgeving zijn de verschillende extensies van scratch te bekijken en toe te voegen.

Phill Bagge
Wat een enthousiaste spreker is dit zeg! Veel ervaring in het Engelse onderwijs in het geven van programmeerlessen. Van hem hoorde ik de term computational thinking and doing voor het eerst. Zijn belangrijkste les is dat je geen oplossingen moet proberen te geven maar hints en strategieën. Dit ter zelfbescherming en om de hulpeloosheid te doorbreken. Hij maakt onderscheid in twee soorten hulpeloosheid: de lieve en de argressieve.

Verder ging hij in op onderwerpen die belangrijk zijn bij het leren programmeren: decomposing (ontleden van een probleem) en debugging (problemen oplossen). Verder geeft hij aan dat het bij programmeren gaat om het werken met algoritmes (stappenplannen om iets uit te voeren), generalisaties (wat werkt in de ene situatie kan ik toepassen in de andere), abstraction (de overbodige informatie leren weglaten zodat je met de kern van het probleem kunt werken).

Scratch2015ams

Zijn website boordevol informatie vind je hier. Binnenkort verschijnt ook zijn boek over Scratch.

Workshops
De rest van de conferentie heb ik workshops bijgewoond om mijn vaardigheden rondom Scratch te verhogen. De eerste workshop (New Dimensions to Scratch with littleBits and Leap Motion) viel voor mij jammer genoeg in het water omdat ik eduroam niet aan de praat kreeg.

De tweede workshop was Fun with Scratch Junior and other coding games. Daarbij ik samen met iemand anders een tijd bezig geweest met LightBot. Een leuke app waarin je steeds complexere programmeerproblemen moet oplossen.

De mensen van Coding and Bricks lieten Scratch samenwerken met Lego WeDo. Het leuke van hun opzet was dat zij een verhaal als uitgangspunt gebruiken waarin problemen zitten die door programmeren in Scratch en bouwen met Lego WeDo. Zo moesten we het poppetje Scratch uit handen zien te houden van Sulfator. Zo moesten we een brug bouwen die open en dicht ging en moesten we een kooi open laten gaan om Scratch te laten ontsnappen.

In de workshop Scratch in Science: Creating Experiments and Making Sense of the Data gehouden door Steve Holmes uit Ierland konden we allerlei sensoren aansluiten op Scratch en metingen verrichten.

MakeSense01

In de workshop Hip-Hop Dance and Scratch hebben we in de al eerder genoemde Microworld een hip-hop nummer gemaakt.

Tot slot in de workshop Round the Circuit verbonden we de MakeyMakey met Scratch en bouwden zo een basgitaar. In Scratch zetten we een basgitaarcursus in elkaar! Erg leuk om te doen.

Tot slot
Bekijk zeker de keynote Linda Liukas, huur de mensen van getekend verslag ook een keer in en ga zelf een keer aan de slag met Scratch!

Dit weekend was de Tour de France in Utrecht. Prachtig evenement om bij te wonen. Ook erg fotogeniek. Ben zaterdag en zondag er druk mee in de weer geweest. Op Flickr kun je mijn albums van Dag 1 en Dag 2 bekijken.



Met de Tour de France op komst, wilde ik dit fotoprojectje toch nog even doen. De stad wordt klaar gemaakt voor de Grand Depart. Maar al eerder was mijn oog gevallen op de vele verschillende bordjes, briefjes en stickers waarmee het parkeren van fietsen in goede banen moet worden geleid. Soms wordt dat op een hele vriendelijke manier gevraagd, soms redelijk streng. Soms alleen met een plaatje, soms met uitgebreide toelichtingen. Soms met humor, vaak ook niet.

Een aantal van deze foto’s heb ik op een poster gezet. Hieronder staat de webversie ervan. Wil je het origineel (op A0-formaat) laat het me dan maar weten.

Afgelopen jaar hebben we als VELON-themagroep ICT en de lerarenopleider het competentieprofiel ICT voor de lerarenopleider opgesteld. Hieronder staan de competenties die we hebben benoemd. In een eerder document had ik al een keer de feedback die we hier op hadden gekregen gepubliceerd.

Competentieprofiel ICT Voor de Lerarenopleider

Wie doet mee met het organiseren van een landelijke Scratch-wedstrijd voor het PO en VO? Idee van de wedstijd is simpel: wie bouwt het leukste spel? Opzet van de wedstrijd is als volgt: leerlingen bouwen in Scratch een spel. Leerlingen mogen dat alleen doen of in een groepje. Alle leerlingen van een school die hebben meegedaan, doen mee aan de schoolcompetitie. Ze spelen elkaars spel en stemmen op het spel dat ze het leukst vinden. Ze mogen daarbij natuurlijk niet op hun eigen spel stemmen (opzet zoals in het Eurovisiesongfestival). Het team dat het leukste spel heeft gemaakt volgens de anderen gaat door naar de provinciale competitie. Daar speelt het team de spellen van de andere schoolwinnaars. Ook hier stemmen de teams op elkaars spel. Per provincie komt er weer een winnaar uit. Deze provinciewinnaars gaan door naar de landelijke finale. En daar spelen de provinciewinnaars tegen elkaar en komt er een nummer 1, 2 en 3 uit.

Samen organiseren?
Dat is het idee. Nu nog mensen die het samen met mij willen organiseren. Voor de organisatie mag iedereen die zich hiertoe aangetrokken voelt zich melden. Belangrijk om te weten dat ik geen bedrijf ben en dus geen geld heb om iemand te betalen. Als je meedoet, doe je dat omdat je het leuk vindt om dit op te zetten. Als jij toevallig iemand bent die dit wil sponsoren dan hou ik me natuurlijk van harte aanbevolen! Zonder sponsoring zullen we dit denk ik niet van de grond krijgen. Mogelijkheden tot sponsoring kunnen we bespreken.

Wat is er voor nodig?
Om dit te laten slagen is er wel het een en ander nodig. Een online omgeving waar mensen zich kunnen aanmelden en informatie kunnen vinden. Per provincie een locatie en coördinator die de provinciale wedstrijden organiseert. En voor de landelijke finale natuurlijk ook een plek waar dit gehouden kan worden. En voor de winnaars moeten er natuurlijk leuke prijzen komen!
Waarschijnlijk is er nog veel meer voor nodig. Daarom zoek ik ook mensen die dit landelijk met mij willen coördineren. Ik denk dat als we dit met een groep trekken we iets moois van de grond kunnen krijgen.

Waarom doe ik dit?
Ik heb nu al een paar keer kunnen ervaren hoe leuk het is om in Scratch iets te bouwen en hoeveel mogelijkheden het programma kent. Ik denk dat de opzet van een wedstrijd een mooie manier is om kinderen in aanraking te brengen met programmeren. Dit geldt voor alle kinderen en jongeren. Ook voor diegenen die later geen programmeur willen worden.

Contact
Wil je meehelpen bij de landelijke organisatie? Wil je meehelpen als provinciale coördinator? Wil je meedenken met de verdere opzet van deze wedstrijd? Ken je mensen die ik hiervoor zeker zou moeten benaderen? Heb je tips of ideeën? Neem dan contact met mij op. Dat kan via de mail (gerarddummer apenstaartje hotmail punt com), via twitter (@gerarddummer) of als comment onder dit bericht.
Als er genoeg enthousiastelingen voor zijn die mee willen helpen met organiseren dan hou ik een eerste bijeenkomst om alle plannen verder door te spreken.

O ja
Scratch is een gratis programma dat online gebruikt kan worden. Er zijn dus geen kosten aan verbonden om mee te doen. Bovendien zijn er heel veel handleidingen online te vinden die uitleggen hoe je het kunt gebruiken.

Vierdejaars student van HU Pabo, Sanne van Staalduinen, heeft een mooi geschiedenisproject gemaakt met haar leerlingen van groep 6 over ontdekkingsreizigers. Dit resulteerde in een gecombineerde kaart in Google Maps. Deze kaart zie je hieronder. Ik vind het een mooi voorbeeld hoe je informatie op een andere manier kunt presenteren. Complimenten!

Tip: zoom in op de kaart zodat je meer informatie te zien krijgt.

Binnen de minor Kunst en Cultuur heb ik afgelopen jaar weer een paar bijeenkomsten verzorgd. Een van de opdrachten was een verkenning van de mediamogelijkheden. Een van de studenten heeft dit door middel van een strip gedaan. Hieronder haar bijdrage.

In het boek Invent to learn kijken de schrijvers jaloers naar de manier waarop de leraren van Reggio Emilia te werk gaan. Als een soort motto voor hun boek nemen ze het gedicht The Hunderd languages op van Loris Malaguzzi, oprichter van de Reggio Emilia aanpak. Het gedicht in het Nederlands gaat als volgt:

Het kind
Bestaat uit honderd
Het kind heeft
honderd talen
honderd handen
honderd gedachten
honderd manieren van denken
van spelen, van spreken.

Honderd, altijd weer honderd
Manieren van luisteren
Verwonderen en liefhebben
Honderd vreugden
Om te zingen
En te begrijpen
Honderd werelden
Om te ontdekken
Honderd werelden
Om te verzinnen
Honderd werelden
Om te dromen.

Het kind heeft honderd talen
(en nog honderd honderd honderd meer)
Maar ze pakken er negenennegentig af.
De school en de samenleving
Scheiden het hoofd van lichaam

Zij zeggen tegen het kind:
Dat hij zonder handen moet denken
Zonder hoofd moet handelen
Moet luisteren en niet praten
Moet begrijpen zonder vreugde
Alleen met Pasen en met kerst
Mag lief hebben en verwonderen.

Ze zeggen tegen het kind:
Ik geef je de al ontdekte wereld
en van de honderd
pakken ze er negenennegentig af.

Ze zeggen tegen het kind:
Dat werk en spel
Realiteit en fantasie
Wetenschap en verbeelding
Hemel en aarde
Verstand en droom
Dingen zijn
Die niet bij elkaar horen.

En dus vertellen ze het kind
Dat de honderd er niet is.

Het kind zegt:
ZEKER DIE IS ER WEL!

Op de Engelse Wikipedia wordt over Reggio Emilia de volgende uitleg gegeven:

The Reggio Emilia philosophy is based upon the following set of principles:

  • Children must have some control over the direction of their learning;
  • Children must be able to learn through experiences of touching, moving, listening, and observing;
  • Children have a relationship with other children and with material items in the world that children must be allowed to explore;
  • Children must have endless ways and opportunities to express themselves.

The Reggio Emilia approach to teaching young children puts the natural development of children as well as the close relationships that they share with their environment at the center of its philosophy. The foundation of the Reggio Emilia approach lies in its unique view of the child. In this approach, there is a belief that children have rights and should be given opportunities to develop their potential. “Influenced by this belief, the child is beheld as beautiful, powerful, competent, creative, curious, and full of potential and ambitious desires.” The child is also viewed as being an active constructor of knowledge. Rather than being seen as the target of instruction, children are seen as having the active role of an apprentice. This role also extends to that of a researcher. Much of the instruction at Reggio Emilia schools takes place in the form of projects where they have opportunities to explore, observe, hypothesize, question, and discuss to clarify their understanding. Children are also viewed as social beings and a focus is made on the child in relation to other children, the family, the teachers, and the community rather than on each child in isolation.

Educators have to make children aware that respect for their similar is important because everyone is a “legal subject” and part of a group.

Belangrijk wat ik hier uit haal is dat leerling actief betrokken zijn bij het vormgeven van het onderwijs. Leerlingen krijgen de rol van onderzoeker in projectmatig onderwijs. Het onderwijs sluit verder aan bij de belevingswereld van de kinderen.

In de komende blogposts wil ik het boek Invent to learn van Sylvia Libow Martinez en Gary Stager, behandelen. Het boek is voor mij een mooi startpunt in de ontwikkeling van de nieuwe onderwijseenheden van de Pabo waarbij ik betrokken ben en waar het onderwerp Wetenschap en Technologie is. Uitgangspunt zal dan in eerste instantie ook de opzet van Wetenschap en Technologie (W&T) zijn. Binnen W&T worden twee vormen van leren onderscheiden: onderzoekend leren en ontwerpend leren. Mijn vertaling hiervan is: de wereld om je heen leren begrijpen en de wereld om je heen naar je eigen hand kunnen zetten. Brede invullingen waarbij verschillende disciplines nodig zijn. In het boek Invent to learn maken de schrijvers duidelijk hoe met nieuwe middelen de wereld onderzocht kan worden en vooral hoe die naar je eigen hand gezet kan worden.

Per blogpost zal ik een hoofdstuk behandelen en linken proberen te leggen met wat dit betekent voor de ontwikkeling van de onderwijseenheden. In deze blogpost begin ik maar gewoon vooraan bij de introduction.

Playrooms and games, animals and plants, woord and nails must take their place side-by-side with books and words

Met deze quote van Angelo Patri begint de introductie. Duidelijk is dat de schrijvers het onderwijs van deze tijd teveel afgestemd vinden op de standaardtoetsen. En dat er hierdoor geen ruimte meer lijkt te zijn voor leren door te doen. Ook zijn interdisciplinaire projecten hierdoor niet meer te realiseren. Het uitgangspunt van Piaget (begrijpen is uitvinden (to understand is to invent) verdwijnt daardoor. De schrijvers hopen door de opkomst van de makermovement dat er weer meer ruimte in het onderwijs komt voor leren door te doen. Dat is de natuurlijke manier van leren door kinderen, geven de schrijvers aan.

Tinkering is a powerful way of learning by doing.

Slimme gereedschappen
De schrijvers geven aan dat door de opkomst van de slimme gereedschappen (zoals de 3D-printer, Arduino, Makey Makey en Raspberry Pi) het nu mogelijk is eigen ontwerpen te maken en deze te fabriceren in de echte wereld. De technologie maakt van ons allemaal makers. De slimme gereedschappen breiden de speelgoedkist en gereedschapskist van kinderen uit. Het zijn de bouwblokken van de kinderen van vandaag. Uitgevoerde projecten worden er mooier van. Uitvindingen van kinderen kunnen worden geprint, geprogrammeerd of interactief worden gemaakt.

Werken aan projecten
Het werken aan projecten vormt een goede context voor abstracte wetenschap en wiskundige concepten, geven de schrijvers aan. Bovendien biedt het jongeren zicht op verschillende nieuwe carrièremogelijkheden. Het draait niet alleen om wetenschap maar ook om de kunsten. Ideaalbeeld is het opleiden van polymaths (veelzijdige geleerden).

Het uitgangspunt van het boek is kinderen bezig zouden moeten zijn met knutselen en maken omdat het krachtige manieren van leren zijn.

Ruim 130 oefenopgaven staan online voor de kennisbasistoets rekenen voor de pabo. De afgelopen maanden hebben pabo-studenten van de Hogeschool Utrecht onder leiding van Marjolein Kool en Ronald Keijzer hard gewerkt om geschikte oefenopgaven te maken die medestudenten goed voorbereiden op de kennisbasistoets rekenen. De site is onderverdeeld in opgaven over hele getallen, verhoudingen, breuken, procenten en kommagetallen, meten en meetkunde. Ook zijn alle kernbegrippen die van belang zijn opgenomen. Een huzarenklus die door Nico Olofsen van de iPabo is voorbereid.

De site biedt, net zoals de kennisbasistoets rekenen zelf, opgaven die verdeeld zijn over de verschillende gebieden: reken-wiskundekennis specifiek voor de leerkracht basisonderwijs, maatschappelijke relevantie en verstrengeling en kennis van rekenen-wiskunde. Deze driedeling geeft maar weer eens aan hoe complex het beroep van leraar is. Alleen kunnen rekenen is niet voldoende. Ook in staat zijn om de redeneringen te volgen van leerlingen is een belangrijke component.

Het mooie van de site is dat naast de oefenopgaven, je de antwoorden vindt en de uitwerkingen van de antwoorden. Zo kun je nalezen of je eigen antwoorden en redenatie klopt.

De opgaven zijn zo helder mogelijk opgeschreven. Een mooi voorbeeld van zo’n opgave vind ik het Octaal getalstelsel. Veel kernachtiger had deze niet geformuleerd kunnen worden.

Een voorbeeld van een opgave waarin wat meer leeswerk nodig is is de opgave over de overval. Verrassend hoe groot het gebied is.

De studenten hebben de opgaven mogen voorleggen aan rekendocenten van de iPabo, HAN en Marnix. Zelf heb ik mogen helpen met het opzetten van de site. Omdat er geen budget was voor het plaatsen van de site, heb ik gekozen voor een Google Sites. Een laagdrempelige manier om online te publiceren. Jammer genoeg wel met redelijk wat beperkingen maar dat maakt de site niet minder bruikbaar.

Hopelijk helpt de site studenten die de kennisbasistoets rekenen van de Pabo moeten doen. De site blijft in ontwikkeling en feedback is van harte welkom via het feedbackformulier.