Gerard Dummer

Alles over Onderwijs en ICT.

Browsing Posts published in maart, 2009

In Gamemaker is het mogelijk om objecten te laten verdwijnen zodat er een verborgen doorgang te voorschijn komt. Dit gegeven zette mij aan het denken wat je hier mee zou kunnen doen als het gaat om ruimtelijk inzicht/ meetkunde. Ik bedacht het volgende: Je maakt een raster (het doolhof), in dit raster zet je een route uit. Deze route beschrijf je met aanwijzingen in de trant van 6 naar boven, 1 naar links, 6 naar onderen of 6 stappen noord, 1 oost, 6 zuid enzovoort.
Daarna bouw je het raster in Gamekit, maakt de doorgangen volgens de uitgeschreven route en zorgt er tevens voor dat alle andere muren strafpunten opleveren.

Als je dat onder elkaar zet krijg je zoiets als hieronder staat:

Het raster

6×6 6×6 gerarddummer

De route

In Gamekit opgezet

Uitdaging voor de leerlingen:

Wat is de langste route die je kunt bedenken?
Hoe ziet de kortste route er uit?

Hier wil ik me nog eens verder in verdiepen omdat ik een rasterspel zelf een beetje saai vind. Ga eens kijken of ik naar aanleiding van de bronnen die ik op deze webquest vond nog tot interessantere doolhoven kan komen.

Van de website van Hogeschool Domstad:

Uitblinkers gezocht

Droom jij als vwo’er van een baan in het basisonderwijs? En zoek je een opleiding die je uitdaagt om het beste uit jezelf te halen? Dan moet je bij Hogeschool Domstad zijn. We starten in september 2009 met een Academische Lerarenopleiding Basisonderwijs. Een pittige opleidingsvariant die van jou een ondernemende leraar maakt. Iemand die verder kijkt dan de muren van het klaslokaal. Wat denk je: schuilt er een uitblinker in jou?

Jongens en meiden zoals jij zijn er volop. Ambitieuze vwo’ers wiens hart sneller gaat kloppen bij de gedachte aan een baan voor de klas, maar die ook veel in hun mars hebben en meer willen en kunnen. Bijdragen aan beter onderwijs, bijvoorbeeld, maar ook praktijkonderzoek doen en als teamlid meewerken aan de ontwikkeling en professionalisering van de school. Hogeschool Domstad biedt je die kans!

Wat betekent dat voor jou?
De academische opleiding is pittig. Omdat het reguliere lesaanbod van de PABO is samengebracht in twee jaar ligt het tempo best hoog. Daarnaast word je vier jaar lang uitgedaagd en geprikkeld om het beste uit jezelf te halen en je te ontwikkelen. De opleiding kent een paar pijlers. Werkplekleren is een van de belangrijkste. Vanaf het eerste jaar ben je twee dagen per week aan het werk op je stageschool. Zo ontdek je al snel hoe leuk en veelzijdig het vak van leraar is. Maar er is meer. Je gaat op de werkplek ook al aan de slag met onderzoek en projecten op het gebied van allerlei onderwijskundige onderwerpen. Zo zou je een nieuwe toetssystematiek kunnen ontwikkelen of projecten ontwikkelen rond maatschappelijke thema’s. Of misschien heb je wel zin om je tanden te zetten in een nieuwe manier van rekenonderwijs.

De opleiding biedt verschillende interessante thema’s en minoren aan. Zo werk je aan theoretische verdieping. En het mooie is: je komt in aanraking met lastige beroepssituaties waarin je de kennis die je zelfstandig hebt vergaard in praktijk kunt brengen.

Vanaf het tweede of derde jaar start je met een pre-master voor onderwijskunde/pedagogiek. Onderwerpen zijn bijvoorbeeld veranderingsstrategieën en veranderingsprocessen in het onderwijs. Ook bijzonder is de keuzevrijheid die het opleidingsprogramma biedt. Je kunt dus je eigen ondernemingszin vrij baan geven. Bijvoorbeeld om een project op te zetten waarin je kinderen in een achterstandswijk stimuleert bij hun ontwikkeling van de Nederlandse taal. De ervaring die je zo opdoet met projectmatig werken, is natuurlijk ook alvast mooi meegenomen voor later!

Als je verder wilt
Na vier jaar mag je de titel bachelor of education voeren. Dat bachelordiploma is een mooie uitgangspositie om een leuke baan te vinden, maar óók om verder te studeren. Je kunt professionele masters volgen op HBO-niveau, zoals de master Special Needs of Leren en Innoveren. Maar je kunt ook gaan voor een universitaire master. Die overstap is heel goed te doen. Door de pre-master ben je wat onder meer onderwijskunde en pedagogiek betreft immers al flink de diepte in gegaan. Bovendien weet je van aanpakken, ben je zelfstandig en heb je ook geleerd je mannetje te staan op het gebied van onderzoekend werken.

Als je klaar bent met de ALBO, ben je om te beginnen een uitstekende leraar basisonderwijs. Iemand met een zelfbewuste, onderzoekende en open houding. En iemand die graag zelf het initiatief neemt, die aanpakt en verantwoordelijkheid neemt. Je hebt bovendien de bagage om door te groeien. Het werkveld is breed en interessant. Denk maar aan functies op het gebied van coaching en onderwijsontwikkeling, maar ook aan managementfuncties op basisscholen.

Het onderwijs biedt je volop perspectief!

Ik ben zelf betrokken bij de ontwikkeling van dit traject en moet zeggen dat het echt prachtig wordt. Zal er binnenkort nog wel meer over schrijven.

Een tweede game gemaakt met in mijn achterhoofd hoe dit te gebruiken is voor rekenen en sowieso binnen de basisschool. In deze game neemt per gang de moeilijkheid toe (meer monsters en minder punten). De opbouw van de game is simpel. Eerst is er 1 doorgang, daarna 2, 3 en 5. Daarna nemen de doorgangen weer af naar 3, 2 en 1.

Leerlingen kun je volgens mij het beste een opdracht meegeven als ze een game bouwen. Zodat ze na moeten denken over hoe ze kunnen voldoen aan een aantal voorwaarden. In dit geval zouden de voorwaarden kunnen zijn zoals ik ze hierboven heb beschreven. Simpel, lijkt me.

Deze manier van werken lijkt me ten goede te komen aan ruimtelijk inzicht en meetkundige principes.
Wat ik wel merk is dat je snel een hele tijd bezig bent om een relatief eenvoudig level zoals je die hier onder ziet te bouwen. De tijd gaat daarbij vooral zitten in het plaatsen van punten en obstakels. De meeste tijd ben je daarbij kwijt aan om te kijken of het niet te makkelijk of onmogelijk (moeilijk mag wel natuurlijk) is om het spel te spelen. Kijken of ik hier nog iets op kan bedenken.

Naar aanleiding van de Nationale Rekendagen ben ik nog verder aan het nadenken geslagen over hoe je het zelf maken van games op een eenvoudige manier in het onderwijs kunt integreren. Volgens mij liggen de mogelijkheden als het gaat om rekenen en games voor het oprapen. De kunst volgens mij is om het aan de ene kant behapbaar te houden (voor de leerkracht) en aan de andere kant wel uitdagend genoeg (voor de leerling). En tegelijkertijd aandacht te besteden aan het bereiken van de kerndoelen (voor rekenen).
Met de studenten van Hogeschool Domstad ben ik bezig geweest met GameKit van Het Klokhuis. Een tool die vanaf groep 5 al goed in het onderwijs gebruikt kan worden. Daar ben ik nu verder mee aan het experimenteren. Een eerste opzet is als volgt:

Maak een route door een doolhof. Als je de route getekend heb, bouw je het doolhof er om heen. in de praktijk ziet dat er dan als volgt uit:

De route

Met muren erbij

En in GameKit uiteindelijk

Dit is natuurlijk alleen nog maar de opzet van het doolhof. Het spel wordt pas interessant als je er punten en obstakels aan toevoegt.

Vandaag kregen alle medewerkers van Hogeschool Domstad een mail of we wilden aangeven welke thee we graag zouden willen drinken. De catering maakte hierbij gebruik van de Thee Top 10. Mijn voorkeur staat hieronder (voor iedereen die er in geïnteresseerd is:-)). Een handige manier om voorkeuren te inventariseren.

Wat er niet tussen stond was de Max Havelaarthee. Die voorkeur heb ik dan ook nog maar even doorgemaild. Want dat is nu ook op Hogeschool Domstad verkrijgbaar.

Op vrijdag 13 maart hebben we, Manon Beuker (vierdejaars student van Hogeschool Domstad) en ik, een workshop verzorgd op de Nationale Rekendagen. Het was voor het eerst dat ik voor een gezelschap van basisschoolleerkrachten die vooral geïnteresseerd zijn in rekenen een workshop verzorgde. Een beetje zenuwachtig was ik dan ook wel.
Van te voren had ik al een paar keer heen en weer gemaild met de organisatie (waarvoor de complimenten omdat die goed was verzorgd) over de spullen die ik nodig had. Ik wilde graag dat de deelnemers achter een computer aan de slag konden gaan. Hierbij hadden we ook internet nodig. Nu bleek dat dit behoorlijk prijzig was. Ik heb mij hier heel erg over verbaasd moet ik zeggen. Ik vond dat een slechte beurt van de Conferentie Centrum Leeuwenhorst. De laptops moesten worden gehuurd en het internet kon per uur aangevraagd worden. Dat kostte 10 euro per laptop per uur. Dat vond ik echt niet van deze tijd.

Maar goed. De workshop zelf vond ik redelijk verlopen (laptops werkten niet helemaal mee, jammergenoeg). Manon heeft verteld over haar ervaringen in de praktijk met Google Earth en rekenen. Een helder verhaal, vond ik. Ze ging specifiek in op het werken met plattegronden. De kinderen moesten een nieuwe plek voor een school bedenken. En hierbij rekening houden met allerlei factoren (drukke wegen en sportgelegenheid bijvoorbeeld). Daarna heb ik kort de mogelijkheden laten zien van het programma SketchUp. Achteraf denk ik dat het handiger was geweest als ik de handleidingen die ik gemaakt heb voor SketchUp en de opdrachten van te voren had uitgereikt. Dan hadden mensen kunnen kiezen om de handleiding te volgen, de opdrachten te maken of zelf aan de slag te gaan. Nu moest iedereen direct zelf aan de slag.

Kwam denk ik omdat ik teveel wilde vertellen. Er zijn ook zoveel mogelijkheden rondom Rekenen en ICT. Had in mijn presentatie nog een paar zaken hierover op een rijtje gezet. Ik maak hierin de vergelijking met de ongevormde materialen uit de kleuterklas.

Hogeschool Domstad en haar partners komen volgende week terug van een studiereis uit Amerika. De studiereis stond in het teken van PDS: Professional Development Schools. In Nederland ter vertalen met Opleiden In de School (OIS). Op Hogeschool Domstad is dit traject over gegaan in de Academische Basisschool. Een razend interessant concept omdat hierin basisschool en opleiding intensief samenwerken om het curriculum vorm en inhoud te geven. Dit gebeurt op de basisschool maar heeft ook invloed op het aanbod op de hogeschool. Hogeschool Domstad werkt in dit kader intensief samen met de besturen KSU en KPOA in Utrecht en Amersfoort.

Studenten die meedoen op de Academische Basisscholen doen actieonderzoek en helpen de scholen verder met de schoolontwikkeling. Een hele mooie manier om goed voor bereid te zijn op de praktijk. Onderbouwd door theoretische kennis hierover. Een student geeft hiervan op de website Academsiche Basisschool het volgende voorbeeld:

Uit het schoolontwikkelingsplan bleek dat er nog wat vragen lagen over de invulling van het onderwijs omtrent samenhangend leren en Wereldoriëntatie. Wij zijn gaan onderzoeken hoe de huidige situatie, binnen de school, omtrent dit onderwerp is. Ook hebben we bekeken wat samenhangend leren theoretisch inhoudt.

De uitkomsten van ons onderzoek hebben we gepresenteerd aan het team, tijdens een studiedag. We hebben aan het team gevraagd wat ze komend half jaar ongeveer van ons verwachten. Hierbij hebben we het team 3 keuze mogelijkheden voorgelegd. Het team gaf aan het leuk te vinden als we de wereldoriënterende hoeken zouden verrijken. Ook gaven ze aan dat ze graag een handreiking zouden willen hebben over hoe je binnen een bepaald thema lessen rondom wereldoriëntatie zou kunnen ontwerpen. Zelf is het team op de studiedag bezig geweest met het ontwerpen van hofjes waarin wereldoriëntatie en techniek in een betekenisvolle context aan de orde komen. Als er nog tijd en ruimte voor is kunnen we het team ook hiervoor nog een handreiking geven.

We kijken met veel plezier terug op dit leerzame afgelopen half jaar. We denken dat we een rijke start hebben gemaakt om komend half jaar onze plannen in uitvoering te brengen.

Megan van Leeuwen, Student Hof ter Weide, februari 2008

In Amerika zijn mijn collega’s onder andere naar een conferentie (2009 Professional Development Schools National Conference) gegaan en hebben daar ook een presentatiee gegeven met als titel:

Alignment Of Teacher Leadership In PreK-7, Leadership At The School Level, Leadership At The District Level And Leadership At The System Level

De presentatie werd verzorgd door een van onze lectoren Winfried Roelofs en door de coördinator van de scholen in Amersfoort, Willy van Dijk-Roest.

Het is al weer even geleden maar op 4 maart was ik aanwezig bij de bijeenkomst die Kennisnet organiseerde over het onderwerrp Digitaal Leermateriaal. Het was een dag waarin zowel Kennisnet als mensen uit het veld lieten zien wat er op het gebied van digitaal leermateriaal speelt. Het ging hierbij zowel om de kaders die je hier voor moet stellen (afspraken over licentievormen en alle SCORM-gerelateerde zaken), plekken waar al deze materialen samen komen (in repositories zoals Davindi) en gevonden kunnen worden (in Edurep en de ContentCorner). Ook ging het die dag over voorbeelden van scholen die digitale content ontwikkelen. Al met al een hele interessante dag. Als Hogeschool Domstad zullen we ook kijken op welke manier we hier mee aan de slag kunnen gaan.

Frank Evers van Kennisnet heeft de presentaties die Kennisnet heeft verzorgd online gezet. De presentaties werden verzorgd door H-P Köhler, Henk Nijstad en Wietse van Bruggen. Over de Digilessen VO en PO spraken Herman Rigter en Jan Arp. ContentCorner werd gepresenteerd door Teun de Lange.

Vandaag hebbende eerste studenten een game gemaakt met GameKit van Gamestudio (Klokhuis). Het ging perfect moet ik zeggen. Het is de studenten allemaal gelukt om binnen een half uur een game te bouwen. Hierbij hebben ze rekening gehouden met de vorm van het doolhof (moest symmetrisch zijn) en hebben ze gekeken of het spel ook speelbaar was. Dat wil zeggen: de obstakels en punten in de juiste verhouding aan het spel toevoegen. Daar komt aardig wat ruimtelijk inzicht en cijferen bij kijken moet ik zeggen. Ruimtelijk inzicht in de vorm van de route die een speler moet doorlopen. Cijferen ook? Ja. Want per level moet je een bepaald aantal punten verdienen (zeg 200). Obstakels kosten punten. Als je er voor zorgt dat er teveel obstakels zijn kun je de level nooit uitspelen (en dat is niet leuk). Als er geen obstakels zijn en je alle punten zo binnen kunt halen is het ook niet leuk. Dus je moet een balans zien te vinden in beloningen (bijvoorbeeld in totaal 300 punten) en obstakels die je punten kosten. Beloningen zijn verdeeld over de verschillende voorwerpen (een goudstuk levert je bijvoorbeeld 10 punten op) zodat je meerdere voorwerpen moet zien te vinden. Genoeg rekenwerk dus. Zowel vooraf, tijdens als na afloop.
De les zoals die is aangeboden richt zich vooral op het ontwerpen van een game. Specifieke aandacht voor meetkunde (in de vorm van symmetrieën) en cijferen (in de vorm van punten verzamelen en obstakels vermijden) heb ik wel behandeld maar niet verder uitgewerkt. Die koppeling zullen de studenten in de stage zelf moeten leggen.

In de presentatie ben ik verder ingegaan plekken waar ze meer informatie kunnen vinden over games in het onderwijs.


Een voorbeeld van een game van een student. Erg verslavend moet ik zeggen om de eindstreep te halen. Ben benieuwd wie het lukt.

Deze week gaan de eerstejaars studenten van Hogeschool Domstad een game maken. Dit doen ze via de GameKit van het klokhuis. Het maken van een game staat bij deze studenten in het teken van ICT integreren binnen Rekenen. Studenten maken een doolhofgame. Hierbij is de opdracht om een doolhof te ontwerpen op papier. Dit doolhof moet symmetrisch van opzet zijn. Het werken met symmetrie valt onder de meetkunde. In groep 5/6 komt dit al aan de orde. Nadat het doolhof is gemaakt komen de obstakels en de punten erin te staan. Hierbij komt het aan op ruimtelijk inzicht. Plaats ik de obstakels zo dat het moeilijk is om de punten te vergaren? Laat ik net genoeg punten verzamelen dat je de level kunt halen? Vragen waar studenten kinderen ook mee aan de slag kunnen laten gaan.
Hieronder een voorbeeld van mijn eigen gemaakte game. Ben benieuwd wie de hoogste score haalt.